donderdag 24 november 2011

A. den Doolaard : 'De Druivenplukkers' (1931)


“Daar gingen zij, de bezitlozen, die groot waren zonder het te weten; die glimlachten om de vervaarlijkste avonturen; die te voet Frankrijk doortogen terwille van een hap brood.” (p. 183)

'De druivenplukkers' werpt ons middenin de leefwereld van de seizoensarbeiders die elke zomer vanuit heel Europa afzakken naar Frankrijk om mee te helpen bij de oogst, onder meer van druiven. We volgen voornamelijk de lotgevallen van Vladja, een Slovaakse jongeman die een startkapitaal tracht te vergaren om eens terug in zijn vaderland een kleinschalige boerderij te beginnen, en zijn mentor André met het woeste oog, de archetypische vitalistische protagonist. In tegenstelling tot de bedachtzame, vooruitziende Vladja, wordt deze doorwinterde zwerver, wiens driften zijn leven volledig domineren, instinctief vooruit gestuwd door de roep van de vrijheid en de natuur. Toch kunnen de twee het wonderwel met elkaar vinden. In een meeslepend, fragmentarisch gebracht relaas worden de dagdagelijkse beslommeringen van de arbeiders verweven met een tragische gebeurtenis uit André's verleden waarvan de gevolgen nog steeds doorwerken. Thematisch eist de vraag naar schuld en verantwoordelijkheid een steeds grotere rol op in de roman. Het verhaal snelt zich naar een noodlottig einde als André in een vlaag van zorgvuldig gecultiveerde razernij zijn vrouw en haar minnaar ombrengt.

Op zijn minst opmerkelijk in de carrière van den Doolaard is de manier waarop realiteit en literatuur door elkaar lopen, en elkaar vinden in een eigenaardige symbiose van oorzaak en gevolg. Het begint allemaal met een sterke fascinatie voor het literaire vitalisme van o.a. Hendrik Marsman en J.J. Slauerhoff. Hierdoor beïnvloed neemt de auteur, geboren Bob Spoelstra jr. (1901-1994), in 1926 het pseudoniem A. Den Doolaard aan waaronder hij enkele gedichten van dezelfde strekking publiceert. Dit gaat hem echter niet ver genoeg. Op dat moment komt hij aan de kost als boekhouder, maar hij wil meer, hij wil het vitalisme echt gaan leven, en wanneer hij twee jaar later helemaal overdonderd wordt door 'De Distels van Baragan' van de Roemeense schrijver Panaït Istrati, neemt hij halsoverkop ontslag om aan de roep van het ware leven gehoor te geven. Het is de start van een zwervend bestaan dat hem eerst en vooral naar Frankrijk brengt waar hij een quasi eindeloze reeks kortstondige klussen uitvoert om in zijn levensonderhoud te voorzien. Vele van zijn trektochten leiden hem later naar de Balkan, wat hem in onze contreien de status van kenner over deze gebieden oplevert. Zijn wederwaardigheden worden op hun beurt verwerkt in romans, zoals bijvoorbeeld in 'De Druivenplukkers'. Langs de andere kant blijkt zijn werk ook een vooruitspiegeling van latere gebeurtenissen te bevatten. Dit jaar onthulde biograaf Hans Olink immers in 'Dronken van het leven' dat den Doolaard in 1933, twee jaar nadat hij André met het woeste oog liet opdraven, de minnaar van zijn toenmalige vrouw vermoordde in Macedoniê.

dinsdag 26 juli 2011

Karl May : 'Woudroosje of vervolgingen over de aarde' (1882-1884)


“Hij is van licht en lucht afgesloten, hij is geen mens meer, geen vrij wezen dat zijn eigen lot bestemt, hij heeft geen naam meer, hij wordt geroepen met het nummer van de cel waarin hij zich bevindt.” ('Slot Rodriganda.', p. 320)

Aansluitend bij de blogpost over Emile Zola werpt Karl May's 'Woudroosje' een nader licht op de Franse bezetting van Mexico (1861-1867). De kiem van de Franse invasie, die aanvankelijk actief gesteund wordt door Spanje en het Verenigd Koninkrijk, ligt in de Mexicaanse Hervormingsoorlog. Deze strijd tussen de conservatieve machthebbers en hun liberale tegenstanders mondt in 1860 uit in een overwinning van de liberale Zapoteekse indiaan Juarez. In 1859 leende de toenmalige conservatieve president Miramon 7 miljoen van Frankrijk. In ruil voorzag hij de Fransen echter van schuldbewijzen ter waarde van ruim 75 miljoen. Als Juarez in 1861 officieel (hij was toen reeds 3 jaar president van de tegenregering) aan de macht komt, weigert hij de schulden van de extra 68 miljoen af te betalen. Voor Napoleon III is dit voldoende aanleiding om Mexico binnen te vallen. Al snel blijkt dat hij verdere plannen heeft, namelijk een Franse annexatie van Mexico via Maximiliaan van Oostenrijk die door de Fransen tot keizer van Mexico wordt gekroond. Het zelf nauwelijks beseffend is Maximiliaan niet meer of niet minder dan een marionet van Napoleon die strategisch gebruikt wordt om de hele inval niet als een Franse verovering te laten overkomen aan de internationale gemeenschap. Napoleon hoopt dat de keizer er snel de brui aan geeft, zodat de weg open komt te liggen voor de kroning van de Franse maarschalk Bazaine. Wanneer de Britten en de Spanjaarden deze verborgen agenda in de gaten krijgen, trekken ze zich volledig terug. Vanuit Europa leveren ze daarentegen zelfs wapens en financiële steun aan Juarez. Na het beslechten van hun Burgeroorlog kiezen ook de Verenigde Staten de kant van de republikeinen, en de uitkomst van deze oorlog lijkt onvermijdelijk in het voordeel van Juarez uit de draaien. Vanaf het moment dat Napoleon dit beseft, maken de Fransen zich uit de voeten, en laten ze keizer Maximiliaan aan zijn lot over. Op 19 juni 1867 wordt deze samen met Miramon en zijn rechterhand generaal Mejia geëxecuteerd, en Mexico wordt weer een republiek.

Niet alleen wekt Karl May historische figuren als Maximiliaan van Oostenrijk, Benito Juarez en Otto von Bismarck weer tot leven, maar hij laat ze ook actief deelnemen aan zijn verhaal. 'Woudroosje' brengt daarnaast de mechanismen en motieven van het politieke geïntrigeer achter de schermen naar de voorgrond. Daarbij kiest de Duitse volksschrijver duidelijk kant. Hij steekt zijn sympathie voor Juarez niet onder stoelen of banken, zonder daarbij Maximiliaan te veroordelen. Deze meent het volgens hem goed met de Mexicanen en bij uitbreiding de gehele mensheid, maar heeft een wat zwak en zweverig karakter dat volledig gemanipuleerd wordt door de ware boosdoener Napoleon. Om Juarez Maximiliaan te laten executeren zonder daarbij het wereldbeeld van de Zapoteek in diskrediet te brengen, verzint May er zelfs een derde partij bij die strijdt om de macht. Hun tactiek bestaat erin Juarez in een dusdanig parket te manoeuvreren dat hij niet anders kan dan het hoofd van het keizerrijk terecht te stellen, in de hoop dat de ganse wereld zich van Juarez afkeert en zijn positie niet langer houdbaar is. Hierin vindt May voldoende rechtvaardiging voor wat in zijn ogen onder andere omstandigheden gelijk staat aan een moord.

De roman speelt zich niet alleen af in Mexico, maar voert ons tussen 1847 en 1867 ook naar onder andere Spanje, Frankrijk, Duitsland, Jamaica, Ethiopië en de Stille Zuidzee. De eigenlijke hoofdfiguur van 'Woudroosje' is de Duitse dokter Karl Sternau, een soort geïdealiseerd alter ego van de auteur, die als type doorheen zijn volledige werk zal opduiken, en waaraan de volledige thematiek van het boek wordt opgehangen. Sternau is een fysiek indrukwekkende verschijning met een geweldige lichamelijke en mentale kracht. Hij barst van de levenslust en omhelst de wereld met beide armen. Uit Karl May's werk spreekt een onvoorwaardelijke liefde voor de mensheid op zich, abstractie makend van individuele gevallen, en bij uitbreiding voor het volledige planten- en dierenrijk. Ook voor de wonderbaarlijke pracht van de natuur voorziet hij een prominente plaats in zijn oeuvre. Hij wil de schoonheid van het leven delen met zijn lezers, en aanziet het fnuiken van de levenslust als zowat de grootste misdaad die er bestaat. Het Woudroosje uit de titel verwijst naar Sternau's dochter, die nauwelijks een rol van betekenis speelt in het verhaal. Zij staat eerder symbool voor het goede in het leven, dat altijd zal overwinnen. De hele roman kan opgevat worden als een grootse ode aan het leven en de liefde. Na jaren van ontbering wordt Sternau pas helemaal aan het eind van het boek herenigd met zijn familie. Nooit heeft hij echter de hoop opgegeven, gesterkt door een onwankelbaar vertrouwen in de goddelijke voorzienigheid gecombineerd met zijn eigen kunnen. Hiervoor rekent hij niet enkel op zijn kracht, maar getuigt hij daarnaast van een rotsvast geloof in de logische rede en in aangeleerde kennis, op welke manier die ook werd verkregen. Als gediplomeerd arts bewandelde Sternau sowieso de weg van de academische opleiding, maar ook zelfstudie en lering door observatie draagt hij hoog in het vaandel. May kijkt zeker niet neer op boekenwijsheid, eerder integendeel; in andere werken wordt deze vorm van kennisvergaring zelfs letterlijk gepropageerd. Het hoeft geen betoog dat de schrijver zelf op deze manier veel van de voor zijn verhalen benodigde informatie tot zich nam. Een andere pijler waar Sternau op rekent is zijn instinct. Hiervoor verwijzen we naar Karl May's fascinatie en bewondering voor de zogenaamde noble sauvage. Deze leeft veel dichter bij de natuur dan de geciviliseerde mens, en is nog niet gecorrumpeerd door geldgewin en het bijhorende bedrog. Als gevolg van zijn manier van leven beschikt hij over verscherpte zintuigen, en staat hij veel nauwer in contact met zijn oerinstinct. Toch ontwikkelde ook dokter Sternau deze verloren vaardigheden. Hij zwierf immers jarenlang door de wildernis van de Noord-Amerikaanse prairies.

Met een grenzeloze zelfopoffering voert Karl Sternau een ononderbroken strijd tegen onrecht. Telkens hij geconfronteerd wordt met een situatie die indruist tegen zijn sterk ontwikkeld rechtvaardigheidsgevoel, komt hij tussenbeide, en kiest hij heftig kant voor de benadeelde partij, waarbij het de ene keer gaat om een hele bevolkingsgroep, en de andere keer slecht om één enkele kleine man. Daarbij gedraagt hij zich als een soort non-conformist die zich niet aansluit bij de heersende mening, en al zeker niet onvoorwaardelijk elke vorm van gezag en regelgeving gehoorzaamt. Het gezag geldt voor hem slechts in zoverre het rechtvaardig is. Een belangrijke factor daarin is het concept vrijheid. Karl May droomde van een rechtvaardige wereld waarin alle individuen en alle volkeren in vrijheid en vrede naast elkaar kunnen leven. Voor hem is dit mogelijk als iedereen zou leven naar de leer van de Schepper. Een vrij mens erkent geen menselijk gezag over een andere mens, en is slechts gehoorzaamheid en verantwoording verschuldigd aan God. In diens ogen zijn alle mensen in wezen gelijk, los van hun afkomst, titel of voorkomen. “De waarde van een mens wordt bepaald door zijn inborst.” ('Kanselier en Prairiejager', p.180). Deze waarde komt tot uiting in zijn woorden en daden, niet in zijn maatschappelijke positie en uiterlijke verschijning. Een in lompen gehulde smokkelaar getuigt soms van een beter karakter dan een piekfijn uitgedoste edelman. Karl May is een vurig tegenstander van standen- en rassendiscriminatie, maar zijn stokpaardje bij uitstek blijft de beoordeling van een persoon op basis van zijn uiterlijk. Haast als rode draad door zijn oeuvre speelt hij een spel met de lezer, door de hoofdfiguur zich vaak overdreven bescheiden te laten opstellen, wat keer op keer leidt tot een schromelijke onderschatting door de mede-protagonisten op basis van vooroordelen. De lezer kijkt telkens weer reikhalzend uit naar het moment waarop de held zijn ware aard onthult, iedereen met verstomming slaat, en confronteert met zijn eigen vooringenomenheid. Synthetiserend kan je stellen dat dokter Sternau een wandelende incarnatie is van een levenshouding die volgens de auteur kan leiden tot een ideale wereld moest de gehele mensheid zich hieraan spiegelen. Hij leeft zijn eigen interpretatie van het christendom, waarin ruimte is voor vergeving en berouw, maar ook voor bestraffing en wraak.

Karl May was een veelschrijver, en het is moeilijk een goed overzicht te krijgen van zijn volledige productie. Vooreerst is niet alles in het Nederlands vertaald, en voor zover dit wel het geval is, konden uitgevers blijkbaar moeilijk de neiging onderdrukken om de authentieke tekst grondig in te korten. Daarbij komt nog dat ook de Duitse Karl May Verlag dikwijls stukken herwerkte voor publicatie. Bij 'Woudroosje' zou dit echter niet het geval zijn. In de Prisma-reeks, die er prat op gaat een volledige onverkorte vertaling af te leveren, is 'Woudroosje' uitgegeven in vijf delen : 'Slot Rodriganda', 'De Piramide der Azteken', 'Juarez van Mexico', 'Kanselier en Parairiejager' en 'De Stervende Keizer.' Oorspronkelijk verscheen dit lijvig werk in feuilleton-vorm onder het pseudoniem Capitain Ramon Diaz de la Escosura. Het is de eerste van May's vijf zogenaamde kolportageromans, die later tegen zijn wil in boekvorm werden gebundeld. De uitgever Münchmeyer verspreidde zijn edities via een soort postdrager. Hieraan werd de term 'kolportage' ontleend, die in deze context min of meer de betekenis van pulp heeft gekregen. Los daarvan biedt deze verschijningsvorm een achterliggende verklaring voor de stijl van deze werken. Ze zijn er immers op gericht een breed publiek te bereiken en te blijven boeien. Het opzet kan wat worden vergeleken met het werk van Charles Dickens wiens boeken als serie in de krant verschenen. De fantastische gebeurtenissen volgen elkaar aan een hels tempo op, en worden doorvlochten met voor die tijd blijkbaar al wat gewaagdere liefdesaffaires. De schrijver brengt het geheel met de nodige dosis humor en lichtvoetigheid. Het grote verhaal wordt echter nooit uit het oog verloren, het boek vormt een meticuleuse constructie waarvan de verhaallijnen nauwkeurig in elkaar overlopen tot een eindpunt, en belangrijker dan de opeenvolging van avonturen is eigenlijk de onderliggende thematiek en boodschap die de auteur wil uitdragen.

Karl May (1842-1912) groeide op in een tegen de bittere armoede strijdend gezin, vandaar zijn sympathie voor de kleine man. Hij leek zijn droom een leraar voor het volk te zijn waar te kunnen maken, maar deze werd aan diggelen geslagen toen men hem ten onrechte beschuldigde van diefstal, en hij definitief uit het lerarenkorps werd geweerd. Hij hield er een levenslange obsessie voor gerechtigheid aan over, gecombineerd met een aan het ongezonde grenzend wantrouwen tegenover het gezag. Een ontgoochelde en wanhopige May begeeft zich op het pad van kleine criminaliteit en bij momenten hallucinante fraudepraktijken, en zal in totaal iets meer dan zeven jaar in gevangenschap doorbrengen. In die periode komt hij in contact met het christendom, en roept hij individuele vrijheid uit tot zijn hoogste goed. Zijn grenzeloze fantasie heeft hij volgens de overlevering ontwikkeld tijdens zijn eerste vijf levensjaren toen hij gedurende lange tijd wegens vitaminetekort zijn gezichtsvermogen verloor.

Voila, een arikel over Karl May zonder Winnetou te vernoemen. Of niet?

dinsdag 5 juli 2011

Manu Chao live in het Openluchttheater Rivierenhof, 3 juli 2011


Op het moment dat Iron Maiden amper 50 kilometer verderop zowat halverwege de set zit op de immense Werchter stage, betreedt Manu Chao, slechts geruggesteund door de standaard rockbezetting, het vele malen kleinschaligere podium van het uitermate sfeervolle Rivierenhof. Niet meer dan 5 minuten duurde het naar verluidt vooraleer het concert onherroepelijk uitverkocht was.
Het ervaren viertal weet perfect hoe een publiek te bespelen. Van bij de eerste noten houden ze de mensen in een greep die ze gedurende ruim anderhalf uur niet zullen lossen. Ze kiezen ervoor de energie van de live beleving te laten primeren op de complexiteit en verfijnde variatie die het studiowerk eigen zijn. De toeschouwers lusten duidelijk pap van deze no-nonsense aanpak. Chao laveert doorheen zijn oeuvre, en onderwerpt de gekozen nummers aan zijn beproefde live-recept. Hetzij de typische folky Manu Chao beat, hetzij een relaxte reggae groove wordt afgewisseld met een uiterst herkenbare opzwepende skapunk dreun. De zanglijnen worden dermate aangepast dat ze voor iedereen meezingbaar zijn.
Favorieten als 'King Kong Five', 'King of Bongo', 'Clandestino' en 'Me Gustas Tu' ontbreken niet, en het feest is compleet. De aanwezigen zingen, dansen, schreeuwen en springen in het rond. Het publiek wordt onophoudelijk opgehitst en brult de nummers gretig mee als ware het een schare voetbalsupporters. Veel ruimte voor nuance is er niet. Waar de Ohohoh's aanvankelijk nog sporadisch het optreden binnensluipen, eisen ze een steeds prominentere rol op, wat nog meer koren op de molen van de toeschouwers blijkt. Manu Chao profileert zich eens te meer als de internationale volkszanger die hij is. Het lijdt geen twijfel dat hiervoor ook een volle Werchter weide plat gaat, maar de vraag die zich stelt is of in deze intimistische setting een iets subtielere aanpak ook niet gewerkt had.

dinsdag 7 juni 2011

Emile Zola : 'Nana' (1880)


“Wat haar wel bijbleef was de zucht om veel geld uit te geven, een gevoel van minachting voor de man die betaalde, een voortdurend verlangen met het geld van hem te smijten om dan tenslotte te triomferen in zijn ondergang.” (p.214)

Geïnspireerd door Hippolyte Taine, die het positivisme introduceerde in de humane wetenschappen, is Emile Zola (1840-1902) de grondlegger van het naturalisme in de literatuur. Hij zag de romancier als een empirische wetenschapper. Zijn taak bestaat erin zijn personages in een specifieke omgeving te plaatsen, en vervolgens te bekijken en neer te schrijven hoe ze in de gegeven omstandigheden noodzakelijkerwijze reageren op basis van hun karakter (in hoge mate bepaald door erfelijke factoren) en afkomst.

In zijn 20-delige romancyclus 'Les Rougon-Macquart' wil Zola een zo compleet mogelijk beeld schetsen van het leven in Frankrijk tijdens het Tweede Keizerrijk (1852-1870) onder Napoleon III, een volle neef van dé Napoleon. Vier jaar nadat hij in 1848 democratisch werd verkozen als president, laat hij zich kronen tot keizer. Onder zijn heerschappij wordt Frankrijk doorgaans aanzien als de meest dominante natie in Europa. Samen met de Britten behalen ze een belangrijke overwinning in de Krimoorlog, en ze beginnen zich meer en meer te moeien op wereldvlak. Frankrijk valt met een troepenmacht Mexico binnen en installeert de Oostenrijkse aartshertog Maximiliaan als keizer. Met als doel Amerika verdeeld te houden trachtte Napoleon III via Mexico de zuidelijke Amerikaanse staten te steunen tijdens hun burgeroorlog. Zijn plannen worden gedwarsboomd als Maximiliaan in 1867 wordt geëxecuteerd. Ondertussen is de Pruisische kanselier Bismarck bezig met het oprichten van een sterke Duitse Bond die een steeds grotere bedreiging vormt voor Frankrijk. De Frans-Pruisische oorlog mondt uit in een Duitse overwinning wat meteen het einde betekent van het Tweede Franse Keizerrijk. Elzas-Lotharingen komt in Duitse handen, en Frankrijk wordt weer een republiek.

'Les Rougon-Macquart' is een familiegeschiedenis over verschillende generaties heen die haar aanvang neemt bij stammoeder Adélaïde Fouque. Binnen het huwelijk schenkt zij het leven aan haar zoon Pierre Rougon. Daarnaast zet ze twee, door de smokkelaar Macquart verwekte, buitenechtelijke kinderen op de wereld, Ursule en Antoine Macquart. Deze laatste is de grootvader van Nana (Anna Coupeau, 1852-1870). Zij is de dochter van Gervaise Macquart wiens alcoholische neergang wordt verhaald in 'L'Assommoir' (1877). De reeks stelt Zola in staat zoveel mogelijk verschillende lagen en standen van de Franse bevolking te behandelen. Van generatie op generatie worden ook bepaalde erfelijke afwijkingen doorgeleverd. 'Nana' is de 9de roman in de 'Les Rougon-Macquart' serie. Het verhaal speelt zich af in Parijs tussen de wereldtentoonstelling van 1868 en het moment dat de eerste Franse troepen zich in 1870 richting Duitse grens begeven om de legers van Bismarck het hoofd te bieden. Dit luttele tijdsbestek volstaat voor het variété-meisje Nana om de volledige Parijse beau monde financieel en moreel ten gronde te richten. Spilziek en gulzig werkt het volksmeisje zich op tot de rijzende ster aan het firmament van het Parijse variété-theater als actrice annex prostituee, een eindeloze stoet bankiers en edellieden die zich maar al te graag aan haar zinnelijke voeten werpen, berooid en gebroken achterlatend. Toch is Zola's toon allerminst veroordelend naar zijn personages toe. Stuk voor stuk zijn ze immers niet meer dan een speelbal van de omstandigheden. De roman kan dus eerder gelezen worden als een impliciete kritiek op het regime.

dinsdag 12 april 2011

Anna Blaman : 'Eenzaam Avontuur' (1948)


“Zo ging het tussen mensen die op aarde leefden, helemaal, in de gevangenschap van eigen bloedwarm hart.” (p. 164)

Over de plot van 'Eenzaam Avontuur' kunnen we kort zijn : Tijdens een vakantie laat Alide haar grote liefde Kosta weten dat ze een affaire heeft met een zekere Peps, waarvoor ze hem ook zal verlaten. Dit gegeven wordt psychologisch tot op het bot doorgelicht, niet alleen met betrekking tot de hoofdfiguren van deze ménage-à-trois, maar ook aangaande het perspectief van enkele ooggetuigen, namelijk vier jongedames die toevallig op dezelfde plek hun vakantie doorbrengen. Door ze elk een totaal verschillend karakter mee te geven creëert Blaman voor zichzelf de gelegenheid het psycho-analytisch spectrum van haar verhaal gevoelig te verbreden. Eén van hen is een ontluikende lesbiënne, wat indertijd heel wat deining veroorzaakt. Het kwam zelfs tot een schijnproces waarbij Blaman werd aangeklaagd door collega-auteurs. Heel expliciet is het nochtans allemaal niet.
'Eenzaam Avontuur' balanceert op de grens van de ontoegankelijkheid, maar gaat er nergens over. Om te beginnen werkt Blaman niet met alinea's, waardoor de lezer geconfronteerd wordt met grote lappen doorlopende tekst. Verder wordt veelvuldig gewisseld van vertelstandpunt, en monden beschrijvingen vaak zonder (al te duidelijke) overgang uit in naar monologue intérieur neigende hersenspinsels en fantasieën. Daarbij komt nog dat Kosta zelf ook aan een roman werkt, en het onderscheid tussen zijn realiteit en de realiteit van zijn personages hoe langer hoe meer vervaagt. Dit resulteert in een broeierig suggestieve, bij momenten sprookjesachtig aandoende roman die zeker zijn plaats verdient in het rijtje klassiekers van de nederlandstalige literatuur.
Anna Blaman (1905-1960) inspireerde het verhaal op een ervaring uit haar eigen leven. Blaman (Ben Liever Als MAN), pseudoniem van Johanna Petronella Vrugt, lijkt zelf model te staan voor Kosta. Ze schetst een somber beeld van de werkelijke liefde die gedoemd is het af te leggen tegen het ideaalbeeld dat ieder voor zich heeft geconstrueerd.

donderdag 10 februari 2011

Grant Moff Tarkin : 'Stormy Weather Blues' (2011)


'Stormy Weather Blues', alweer het 4de album van Grant Moff Tarkin, gaat verschroeiend van start met het zo uit de hoogdagen van de grunge geplukte 'On Shaky Grounds We Stand'. Het tempo wordt ondermeer via het verrockte, radiovriendelijke popnummer 'Bobby Nixxon's Blues' aangehouden tot zowat halverwege de cd. Het ontroerende akoestische 'Crack Some Jokes' last een aangenaam rustmoment in, en met het hieropvolgende duo 'Cotton Clown' en het triphopperige 'Play It to the End' maakt de tot dan toe sluimerende psychedelica definitief zijn intrede. Hierna wordt de gashendel nog eenmaal volledig opengedraaid bij het titelnummer. Vergeet daarna zeker niet te wachten op de bonustrack.
We hebben namelijk een sterk vermoeden dat hier een belangrijke hint aangaande de themathiek verborgen ligt. ‘He got struck by the knife of stormy weather in his heart,’ zingt zangeres Julax langs haar neus weg over een anonieme soldaat die ergens dood in een niet nader bepaalde huiskamer werd gevonden. Aanvankelijk lijkt het er immers op dat we te maken hebben met een collectie geflipte liefdesliedjes betreffende een allesverterende, door merg en been snijdende, tot rampspoed, dood en verderf leidende liefde die de natuurelementen en bij nadere observatie zelfs de gehele kosmos niet onberoerd laat. Tegelijkertijd wordt er geflirt met mythologie, spiritisme en filosofie (zo passeren op bizarre wijze onder andere Oedipus en Kant de revue) waardoor we aan het twijfelen slaan aangaande de richting van deze interactie. Tel daar nog bij dat animisme reeds langer deel uitmaakt van het werk van Grant Moff Tarkin, en we kunnen stellen dat het evengoed mogelijk is dat de mensenliefde slechts gebruikt wordt als metafoor voor de kosmos. We durven zelfs een stap verder gaan en sluiten niet uit dat op symbolistische wijze een stukje waarheid achter de werkelijkheid zoals we die kennen wordt ontsluierd.
Het minste dat je kan zeggen is dat we een nieuwe intrigerende blik geworpen krijgen in het bevreemdend mysterieuze universum van Grant Moff Tarkin, waarvan we nog lang niet alles begrijpen. Rest ons nog te vermelden dat het geheel wordt gepresenteerd in een puik productioneel jasje, en dan moge het duidelijk wezen dat we onder de indruk zijn.

http://www.grantmofftarkin.be